‘Mannen met borsthaar’ - Rare vragen

Valerie heeft een date met Daan, waar ze erg naar uit kijkt. Robert ligt nog in het ziekenhuis in Kaapstad, waardoor Valerie zich vrij voelde.

De date met Daan begint leuk, alleen tijdens hun diner begint hij rare vragen te stellen die Valerie helemaal niet aan staan.

Daan blijkt hele andere bedoelingen met Valerie te hebben dan dat Valerie had kunnen bedenken...
Deze bedoelingen zijn niet de beste. Daan zet een mes op de keel van Valerie… Veel leesplezier.

 

Rare vragen - Hoofstuk 24

Een dag later was ik op tijd van mijn werk weggegaan, Ik wilde me thuis eerst nog even opfrissen en iets anders aantrekken, dan dat ik op mijn werk had gedragen. Ik had een mooie zwarte pantalon aangetrokken met een bijpassend jasje en een witte zijden blouse en mooie pumps. Als laatste controleerde ik nog even mij make-up.

Mijn lippen waren rood gestift en ik constateerde in de spiegel dat mijn kapsel en outfit er prima uitzagen. 
Fleur en Amelie waren wel nieuwsgierig met wie hun moeder uit ging. Toen ik hun vertelde dat het de man was van de schaatsbaan wisten ze niet over wie ik het had, omdat zij toen te druk waren geweest met schaatsen.
‘Daar hebben we niet op gelet hoor mam’, zei Fleur.

Om Daan niet in verlegenheid te brengen, zouden de kinderen gewoon in de woonkamer blijven als de voordeurbel zou gaan. Stipt om acht uur ging de bel. ‘Veel plezier mam’. Ik gaf ze nog een kus en liep de gang in. In de deuropening stond Daan in een prachtige lange donkerblauwe trenchcoat.

'Goedenavond schoonheid, ga je met mij mee', vroeg hij terwijl hij zijn hand galant naar mij uit stak. Ik deed mijn mantel aan met mijn sjaal, want het was buiten koud. 'Ja hoor, ik heb best trek,' zei ik toen naar buiten stapte.

Daan boog naar voren en gaf mij een vluchtige kus op mijn mond. 'Daar had ik even zin in', zei hij met een glimlach om zijn mond. Ik vond het wel leuk en lief dat ik zo'n vluchtig kusje kreeg. Dat had wat wel iets.
Hij hield de passagiersdeur van zijn zwarte BMW voor mij open. Ik stapte in zijn auto en bedankte hem voor zijn galante manier van doen. Niet veel later reden we weg.

'Waar gaan we naar toe,' vroeg ik uit nieuwsgierigheid. 'Ik neem je mee naar een Thais restaurant aan de Oude gracht. Die staat bekend om zijn formidabele keuken'. Daan had geen woord teveel gezegd. Het eten was voortreffelijk en ook heel smaakvol opgediend. Het restaurant was geheel in Thaise stijl gehuld en de muziek deed je even in een ander land wanen. Ook de kruidige geuren, gaven een soort vakantiegevoel. 

De avond was heel leuk begonnen, de gespreksstof ging over het eten, de Thaise cultuur, waar Daan blijkbaar veel over wist en over onze kennismaking in België. Alleen op den duur ging het gesprek veranderen. 
Daan begon over mijn werk te vragen en bleef opeens doorvragen over m’n ervaringen bij de feesten die op eigen aanvraag bij ons gedaan werden. Hoe ik ook probeerde om niet gedetailleerd over mijn werk te praten,
wist Daan toch steeds via een omweg, weer uit te komen bij The Theme en onze feesten.

'Vertel dan eens wat voor bijzondere feesten je hebt mogen organiseren Valerie. Ik weet dat jullie heel exclusief zijn en hele rijke mensen in jullie klantenbestand hebben'. 'Daan, je moet me niet in een moeilijk pakket brengen. Ik heb een beroepsgeheim en zal nooit de integriteit van mijn klanten aantasten, dus vraag ik je nu heel vriendelijk om op te houden mij te ondervragen over mijn werk.'

De sfeer was van gezellig omgeslagen naar een beetje stug. Iets aan Daan begon mij te irriteren. Het was duidelijk een vergissing geweest om met hem uit te gaan. Doordat hij zo opdringerig bleef, was ik blij dat ik zo weer naar huis gebracht zou worden. Ik bedacht mij dat ik misschien beter kon aanbieden om de helft van het eten te betalen, maar ik kreeg daar de kans niet voor.

Daan was naar het toilet gegaan en had daarna direct bij de balie afgerekend. Hij liep naar onze tafel terug.
‘Ik heb afgerekend, kom je mee'? Aan de intonatie van zijn stem begreep ik dat deze avond voor hem ook niet zo was gelopen als hij had gehoopt. Even later zaten wij in zijn auto en de stilte was te snijden. Totdat Daan de stilte verbrak.

'Valerie, ik heb uit zeer betrouwbare bron vernomen dat jij een keer een feest georganiseerd hebt waarbij het thema één grote orgie was. Heb je zelf ook meegedaan aan die orgie of ben je daar misschien wel genomen door één van de gasten'?

Ik schrok, hoe wist Daan van het feest van Robert? Had één van de ingehuurde dames haar mond voorbij gesproken? En wat voor een rare vraagstelling of ik eraan had deelgenomen! Omdat ik mijn klanten moest beschermen deed ik of mijn neus bloedde.

'Daan, ik weet niet waar je het over hebt, hoe kom je erbij en wat een rare vraag.' Ik hoopte maar dat ik snel thuisgebracht zou worden om ervan af te zijn. 'Ik vroeg mij gewoon af of je weleens verkracht bent Valerie',
zei Daan met een hele vreemde toon. Ik was Daan geen verantwoording schuldig en ik wilde ook niet dat hij zich in mijn leven ging mengen. Wie dacht deze man wel niet dat hij was?

Ik bleef rustig. 'Eh, nee Daan, ik ben nog nooit verkracht. Waarom doe je zo neerbuigend met deze vraag?' 
Het bleef even stil in de auto, totdat Daan bij een rood verkeerslicht rechts naar mij keek en met een vreemde toon zei: 'Omdat ik jou zo direct ga verkrachten slet en als je meewerkt, dan zal ik je niet neersteken'. En met die woorden haalde Daan een stiletto tevoorschijn.

Slet?! Wat gebeurde er nu toch weer allemaal. Ik merkte dat ik verstijfd was van de schrik. Ik zag ook dat Daan nu richting de woonboulevard van Kanaleneiland reed. 'Waarom doe je nu zo raar Daan? Wat heb ik gedaan dat je ineens zo doet,' vroeg ik met een toch wat paniekerige stem.

Daan keek mij weer aan met een hele vreemde blik in zijn ogen. 'Ik weet gewoon dat je een orgiefeest hebt georganiseerd en dat vind ik geil. Jij hebt het feest georganiseerd, dus ben je wel een hele stoute slet.
Stoute sletten verdienen het om verkracht te worden'.

Hoe had ik mij zo kunnen vergissen in Daan. Een golf van paniek overviel mij en ik was aan de andere kant te bang om iets te doen. Het voelde alsof mijn luchtpijp werd dichtgeknepen, ik kon niets meer zeggen. 
Daan stopte de auto en beval mij om uit te stappen, maar eerst moest ik mijn mobiel en mijn handtas aan hem geven.

'Als je probeert te ontsnappen, dan pak ik je en steek ik je neer. Begrepen'! Ik was te bang om weg te rennen. Fleur en Amelie flitsten in mijn gedachten voorbij. Toen Daan om de auto was gelopen, pakte hij mijn arm en zei: 'Lopen slet, totdat ik stop zeg'. Ik deed wat Daan mij vroeg en liep de straat in. 'Hier naar rechts', zei hij ineens.

We stonden nu aan de zijkant van een woonwinkel, naast een container waar lege kartonnen dozen uitstaken, maar de straten waren verder leeg en stil. Normaal zou het hier overdag een drukte van jewelste zijn, maar nu was het alleen koud en verlaten. 'Stop maar en draai je om'. Ik draaide mij om en staarde naar een lege blik in de ogen van Daan.

'Doe je jas open, je broek en onderbroek naar beneden en schiet op'! Terwijl hij deze woorden op een dwingend toon had uitgesproken, hield hij zijn mes voor mijn gezicht. Zijn dreigende woorden deden mijn handen trillen. Uiteindelijk hingen mijn broek en slipje tussen mijn benen op de grond en ik voelde warme tranen langs mijn gezicht lopen van angst. Mijn zelfrespect zonk weg in de pijnloze diepte.

Diep van binnen schreeuwde ik, smeekte ik om hulp, maar ik was alleen, ziels alleen met deze psychopaat die me net vertelde dat hij mij zou gaan verkrachten. Daan keek mij met een enorm gemene zelfgenoegzame blik aan en begon te grinniken. Ik wilde maar één ding, dat het zo snel mogelijk voorbij zou zijn en hoopte maar dat hij mij niet zou steken met zijn mes.

Ik moest meewerken en hem niet kwaad maken. Als ik hem kwaad zou maken, zou hij mij met zijn mes kunnen steken. Het mes zou in mijn lichaam snijden en het zou pijn gaan doen. Enorm veel pijn. Rustig blijven... ik moest rustig blijven. Ik probeerde mij op mijn ademhaling te concentreren, zo goed en kwaad als dat ging. Net toen ik wilde zeggen dat hij moest opschieten, hoorde ik een mannenstem van een man die net de hoek kwam omlopen richting onze kant.

'Als je niet wilt dat ik je kop eraf schiet, laat je deze dame direct met rust en gooi jij je mes op de grond'. Ik zag nu niet één, maar twee mannen onze kant oplopen, beiden met een pistool op Daan gericht en hij liet direct zijn stiletto op de grond vallen en stapte naar achteren. 

De één was een ‘boom’ van een negroïde man, met een enorm gespierde nek en mega grote handen. De andere man was wat gezetter, kleiner en blank. Mijn benen werden zo slap van alle angst, dat ik door mijn benen zakte op mijn hurken. De kleinere man liep op mij af en zei: 'Komt u maar mevrouw Brugge, u bent veilig en hoeft niet meer bang te zijn voor deze goorlap'.

Met die woorden reikte hij mij zijn hand. Wat gebeurde hier allemaal, ik begreep er even helemaal niets meer van. Hoe wist deze man mijn naam? Ik pakte de hand van de man en stond met trillende benen weer op,
terwijl ik snel mijn onderbroek en broek weer omhoog trok, keek ik de mannen verbaasd aan.

'Wie zijn jullie en hoe weten jullie wie ik ben?' 'Onze namen zijn voor u niet van belang mevrouw Brugge', zei de negroïde man nu. 'Wij zijn er om u te beschermen, in opdracht van de heer Robert Noorwoud. Wij mogen alleen ingrijpen als het echt uit de hand loopt en dit liep geloof ik erg uit de hand'.

De man stond nog steeds met zijn geweer gericht op Daan, die alleen maar met grote ogen keek naar de twee mannen die een pistool op hem gericht hadden. De verwarring was nu compleet. Robert Noorwoud, de man die ik eigenlijk zou moeten verachten, was de held van de dag geworden? Robert, mijn redder van deze verschrikkelijke man die mij wilde verkrachten. 

Robert had mij al gezegd dat hij mij en de kinderen liet schaduwen en als hij de twee mannen niet had ingehuurd om mij te beschermen was ik nu misschien zelfs dood geweest, wie zou het kunnen zeggen. 'Wat wilt u dat wij met deze man gaan doen, mevrouw Brugge? Moet ik hem liquideren', vroeg de negroïde man. ‘U mag het zeggen’.

Ik keek naar Daan, die nu niet meer zo zelfgenoegzaam als daarnet keek, maar eerder angstig. Mijn blik was koud en ik was zo woedend op Daan en wat hij mij wilde aandoen, maar doden ging mij toch te ver. 'Eigenlijk wil ik hem een koekje van eigen deeg geven heren. Ik wil hem laten voelen hoe het is om vernederd te worden,
met een extra bonus.'

Mijn tas, die Daan had meegenomen, pakte ik van de grond en maakte hem open. Terwijl ik in mijn tas aan het graaien was, vroeg de blanke man. ‘Bent u iets kwijt'? ‘Nee, niets kwijt. Ik zoek een stuk papier en een pen,
die heb ik altijd voor mijn werk bij me,’ zei ik om de vragende blik van de man te beantwoorden.
’Gevonden,' riep ik en vouwde een A4 papier uit die opgevouwen in mijn tas lag.

Ik had de twee hulpjes van Robert gevraagd of zij Daan met zijn handen op zijn rug aan een lantarenpaal vast konden binden zodat het licht op hem zou schijnen. ‘Geen probleem. We doen wat u ons vraagt’, zei de blanke man. ‘Ik wil wel dat zijn jas uitgaat en dat hij met zijn broek en onderbroek op zijn enkels blijft staan,' zei ik ter aanvulling, terwijl Daan mij nu verschrikt aankeek.

De blanke man haalde een grote tyrap uit zijn jas en hield het omhoog. ‘Kijk, dit hebben wij altijd uit voorzorg voor ons werk bij ons’, zei de man in reactie op mijn stuk papier en pen. Ik zag dat hij de tyrap als handboei gebruikte. Ik schreef op het papier met grote letters de volgende tekst: 
IK BEN EEN VIEZE VROUWENVERKRACHTER. DIT IS MIJN STRAF.

Omdat ik nu eenmaal een vrouw ben die van alles en nog wat in haar tas meesleept, had ik ook veiligheidsspelden bij mij. Ik speldde met een veiligheidsspeld het papier op zijn colbertjasje die hij nog aan mocht houden van mij. Ik voelde mij oppermachtig toen ik naar Daan keek, die er nu als een bange muis bij stond.

'Wat een hufter ben jij Daan en je verdient eigenlijk slechter, maar je hebt mazzel,' zei ik met de grootste minachting in mijn stem. De twee mannen liepen nog een keer naar Daan en de negroïde man zei: 'Als wij nog één keer merken dat jij mevrouw Brugge hebt lastiggevallen, gebeld of wat dan ook, dan krijg je alsnog een kogel door je kop, begrepen'!

Daan knikte bevestigend en bang naar de man. Als toegift stompten de twee mannen nog een paar keer flink in de buik van Daan. Daan kromp ineen van de pijn. Ik stond erbij en keek ernaar en het deed mij alleen maar genoegen om die enorme klootzak pijn te zien lijden. Voor het eerst in mijn leven voelde ik mij een slechte vrouw, omdat ik genoot van zijn vernedering. Dit was mijn zwarte kant die ik nog nooit naar boven had laten komen.

'Mevrouw Brugge, als u met ons mee wilt komen, wij brengen u veilig naar huis’. Ik liep met de twee heren mee en Daan bleef achter. De twee mannen hadden beloofd om na een goed halfuur de politie te bellen omdat Daan anders nog zou kunnen onderkoelen, zelfs met dodelijke afloop. De politie zou te horen krijgen dat er een vrouwenverkrachter stond te wachten bij een lantaarnpaal bij de woonboulevard in Utrecht op Kanaleneiland.

Ik kon het niet laten om iets te weten te komen. 'Hoe lang hebben jullie mij gevolgd?' 'Mevrouw Brugge,
wij volgen u 24 uur per dag, maar dat heeft u nog nooit in de gaten gehad omdat wij tot nu toe niet in actie hoefden te komen. Meneer Noorwoud wil dat u en uw kinderen niets overkomt en daar heeft hij een heel team van mensen voor ingezet'.

'Hoe bedoelt u een heel team,’ vroeg ik verbijsterd. 'U moet niet zoveel vragen stellen mevrouw Brugge.
Weet alleen dat u en uw kinderen blijkbaar voor meneer Noorwoud zeer belangrijk zijn en dat hij ons inzet om u te bewaken en te beschermen'.

Ik was verward. Robert had in mijn beleving juist mij bedreigd met de zogeheten bewaking. Hij had juist gezegd dat als ik niet zijn bevelen zou opvolgen er wel iets met mijn kinderen zou kunnen gebeuren. Nu bleek het gewoon juist om bescherming te gaan. Verder had ik nooit gemerkt dat ik zo in de gaten gehouden werd.
Dit moest hem een vermogen kosten.

Ik moest voor mijzelf echt een aantal dingen op een rij gaan zetten. Was Robert dan toch niet zo'n slechte man als ik dacht? Hield hij dan zoveel van mij dat hij een heel team mensen had die mij en mijn dochters beschermden? Ik keek uit het raam van de Ford Taurus waar ik nu inzat en mijn hoofd was troebel van alles wat ik die avond had meegemaakt.

Mijn tranen hield ik bewust in bedwang. De auto stopte voor mijn huis en net toen ik de heren wilde bedanken, zei de blanke man die achter het stuur zat: 'U bent weer veilig thuis mevrouw Brugge. U moet wel weten dat wij dit incident aan de heer Noorwoud moeten melden'. De negroïde man was al uitgestapt en hielp mij beleefd met uitstappen.

'Heren, dank jullie wel voor alles. Ik moet dit allemaal nog even verwerken, maar ik ben echt dankbaar dat jullie op tijd waren, voordat...' Ik kwam verder niet meer uit mijn woorden. De negroïde man die mij uit de auto had geholpen legde zijn hand op mijn schouder en zei: 'Gaat u nu maar ontspannen, neem desnoods een flinke borrel en daarna proberen te slapen'.

Ik nam afscheid en de twee heren knikten beleefd naar mij, maar bleven staan totdat ik de voordeur achter mij dicht had gedaan. Ik was weer thuis, in mijn eigen veilige haven en de kinderen waren al naar bed gegaan omdat morgen weer een gewone schooldag zou zijn. Ik had mijn jas opgehangen, mijn schoenen uit en sloffen aangetrokken.

Om even alles van mij af te laten glijden, had ik het advies van de man aangenomen. Ik nam een glas cognac en ging nog even rustig zitten. De tranen kwamen toen vanzelf en ik had medelijden met mezelf. Waarom kon ik niet een normaal leven hebben, waarom moest ik al deze ellende meemaken en wat moest ik nu toch doen met Robert. Moest ik hem misschien toch een kans geven? Zou ik misschien heel voorzichtig toenadering moeten zoeken en hem de tijd dat hij nog in het ziekenhuis ligt via de mail beter leren kennen?

Een ding wist ik wel, ik kon mijn dochters niet confronteren met wat er met hun moeder was gebeurd. Het is niet nodig hun geestelijk te laten lijden en bang te laten worden dat ze blijkbaar in de gaten gehouden worden of beschermd. Het is maar net hoe je zoiets zou kunnen interpreteren. Fleur en Amelie moest ik zelf ook beschermen en dat kon ik het beste doen door hun niet hierin te betrekken.

Ik dronk mijn glas cognac leeg en besloot om voor nu even nergens meer aan te denken. Ik was leeg en moe van alle gebeurtenissen van die avond en verlangde alleen nog naar een warme douche en naar mijn bed.

Wordt vervolgd...

Al benieuwd naar het vervolg? Als je mij op Facebook of Twitter toevoegt, geef ik vooraf al een tipje van de sluiter van het volgende hoofdstuk.

Lieve groet,
Sara Bos

Gerelateerde artikelen

FemNa40