Uitsluitingsgronden bij schuldhulpverlening

Geldzorgen leiden vaak tot grote stress, met alle gevolgen van dien.

Slaapgebrek, angst voor de deurbel of telefoon want het kan de deurwaarder zijn, eenzaamheid omdat je gasten niets kunt aanbieden en daarom maar niemand uitnodigt, ongezond eetgedrag omdat verse groeten en vlees te duur zijn en schaamte omdat je kleding en schoenen versleten zijn want nieuwe zijn niet te betalen.

 

De stap om hulp te vragen, is best groot en als die hulp dan gevraagd wordt, krijg je niet altijd deze broodnodige hulp.

Onderlinge verschillen

In 2012 is door de overheid de Wet op de gemeentelijke schuldhulpverlening  van kracht geworden en hierdoor heeft de overheid de gemeentelijke kaders bepaald. Belangrijk is dat niet alleen de schulden worden opgelost maar ook de oorzaak van de schulden. Dus ook aandacht voor de verslaving, psychosociale problemen en de persoon weer laten deelnemen aan het maatschappelijke leven.

Conform de trend van de laatste jaren trekt de overheid zich steeds verder terug en laat het aan de gemeente over om keuzes te maken. En op het bordje van de gemeente komt steeds meer te liggen. Onlangs heeft de overheid nog het dossier Wmo aan dat takenlijstje toegevoegd.

Gemeenten zijn nu verantwoordelijk geworden dat mensen zo lang mogelijk thuis kunnen blijven worden.
Ook is vanaf 1 januari 2015 de Participatiewet in werking getreden. Gemeenten zijn nu verantwoordelijk voor mensen die ondersteuning nodig hebben met hun arbeidsvermogen. Denk hierbij aan Wajong jongeren of mensen die een beroep doen op de Wet sociale werkvoorziening. 

Natuurlijk heeft de overheid de gemeenten voor de uitvoering van al deze taken budgetten beschikbaar gesteld, maar de gemeenteraad kan zelf hieraan verder invulling geven. Bij sommige gemeenten zal de focus meer liggen op de Wmo, bij sommige op de schuldhulpverlening en bij weer andere gemeenten ligt de focus meer op jeugdzorg of werk en inkomen.

Terug naar het dossier schuldhulpverlening kan het dus voorkomen dat bij de ene gemeente wat meer eisen worden gesteld aan het oplossen van de schulden dan bij de andere gemeente.

Voorkomen is beter dan genezen

Indien een persoon schulden heeft maar ook een koopwoning, dan kan dat een reden zijn waarom het traject niet kan worden opgestart. Als iemand door schulden uit zijn huurwoning is gezet en dakloos is geworden,
kan het traject niet worden opgestart omdat er geen stabiele situatie is. Of als iemand vanwege zijn verslaving in de schulden is gekomen, dan kan het advies zijn om eerst de verslaving op te lossen.

Het zijn voorbeelden van uitsluitinggronden waardoor de hulp niet kan worden opgestart. Hierdoor krijgen tienduizenden met financiële problemen niet de hulp waar ze om gevraagd hebben nadat ze eindelijk hun schaamte hebben overwonnen om aan de bel te trekken. Recent onderzoek van de Hogeschool te Utrecht heeft dit aangetoond.

Staatssecretaris Klijnsma zegt dat dit niet de bedoeling is van de Wet op de gemeentelijke schuldhulpverlening. Als het binnen een gemeente wel gebeurd, dan is het raadzaam om de gemeenteraad in te schakelen. Het is natuurlijk ook altijd mogelijk om naar de ombudsman te gaan.

Aan de andere kant, de gemeenteraad in de ene gemeente kan andere accenten leggen op de uitvoering van het beleid dan in een andere gemeente. Dat is nu net het gevolg van het decentraliseren van beleid.

Joke de Kock, voorzitter van de NVVK, is van mening dat bij het maken van die keuzes de gemeenteraad zich moet realiseren dat elke euro die geïnvesteerd wordt in schuldhulpverlening een besparing is van twee a drie euro op een ander beleidsterrein. Het al oude adagium 'Voorkomen is beter dan genezen' geldt toch altijd maar weer.

Foto

 

Gerelateerde artikelen

FemNa40