Volgens mij het grootste geheim van de Italiaanse keuken - de reden van haar succes en het feit dat ze in de hele wereld zo populair is en gewaardeerd wordt - is dat ze feestelijk is. Ja, feestelijk!
Je wordt meteen blij en gelukkig met een piatto di spaghetti, het zuigen van die sliertjes die ‘al dente’ gekookt zijn...
En wat doe je als je een stukje pizza op het bord hebt? Dan zet je je tanden erin: hard bijten en gulzig verslinden, de gesmolten mozzarella naar binnen slurpen. Wel eens gelet op mensen, jong of oud, druk bezig het onderste gedeelte van hun ijshoorntje uit te likken? En: word je depressief van een stukje tiramisu?
Plotseling denk ik aan een kopje erwtensoep: heerlijk, maar zo serieus als een gotische kathedraal, met ’n droefgeestige lepel die moeite heeft door de soep heen te komen. Zó dik is deze…
Hollandse pot
Voor de duidelijkheid: ik ben echt gek op de Nederlandse keuken en de Nederlandse kookgewoontes,
maar feestelijk is wel wat anders. Creëren stevige maaltijden en stamppotten vreugde? Hachee, zuurkool en andijvie, klapstuk en de geijkte kip-patat- appelmoes combinatie? Balkenbrij en lekkerbekjes? Pindakaas of een broodje kalfskroket met wat mosterd? Patat oorlog of kaassoufflétjes?
Het glaasje karnemelk tussen de middag? Vlaflip als dessert? De Limburgse vlaai? Appelflappen, wentelteefjes, Zeeuwse bolussen? Ik word erg blij van oliebollen, en pannenkoeken met appel en spek maar echt Hollands zijn deze gerechten zeker niet.
Wat blijft dus over? Hmmm… JA! Ik weet het! De Bossche bollen, vol met zoete slagroom en het deeg bedekt door pure chocolade… 100 procent feestelijk en super-, super lekker.
Recept volgt later!