Hoewel er de laatste jaren meer aandacht is voor aseksualiteit blijft het wetenschappelijk inzicht in dit fenomeen tot nu beperkt.
Tot op heden is er ook nog geen overeenstemming in de definitie van aseksualiteit.
Binnen de seksuologie wordt aseksualiteit niet als stoornis erkend. In het diagnostisch psychiatrisch handboek de DSM 1V wordt het ook niet erkend. Op basis van wat er op tot heden bekend is, is aseksualiteit geen pathologie of psychische stoornis maar een geaardheid.
Iemand kiest er ook niet bewust voor aseksueel te zijn, zie het als een hetero-, homo-, biseksuele geaardheid. Het gaat bij aseksualiteit om het totaal ontbreken van gevoeligheid voor seksuele prikkels.
Wat zijn de kenmerken van aseksualiteit?
- Afwezigheid van seksueel gedrag.
- Afwezigheid van seksuele aantrekking (men voelt zich niet tot vrouwen én niet tot mannen aangetrokken).
- Afwezigheid van seksueel verlangen.
- Zelfidentificatie. Er moet sprake zijn dat iemand zichzelf aseksueel benoemt.
- Er zijn geen seksuele fantasieën.
- Erotische beelden roepen geen seksuele respons op.
- Geen behoefte aan masturberen.
Mensen die zichzelf als aseksueel beschouwen, kunnen zich wel aangetrokken voelen tot een persoon maar vertalen dat niet in lust. De erotische chemie mist.
In Engeland heeft er een onderzoek plaatsgevonden (door een Canadese seksualiteitsonderzoeker
Anthony Bogaert, 2004) waaruit blijkt dat het gaat om 1% van de bevolking, zowel bij mannen als vrouwen.
De lichamelijke oorzaak kan een zeldzame hormonale afwijking zijn. Als het lichaam teveel prolactine produceert, is er ook geen sprake van lustgevoelens. Dat is het hormoon wat afgescheiden wordt als vrouwen borstvoeding geven.
Ook als er sprake is van een aandoening van de hypofyse. De hypofyse maakt testosteron aan. Dit is het hormoon dat verantwoordelijk is voor de seksuele gevoeligheid. Dit komt echter vrij zelden voor.
Aseksualiteit wordt vaak pas een probleem als ze een relatie hebben of graag een relatie willen hebben. Meestal krijgt de partner er last van. Bovendien is het nog een taboe. Mensen voelen zich vaak niet begrepen en krijgen nogal eens afwijzende reacties.
Behandeling
Mijn ervaring vanuit de praktijk is dat aseksuele cliënten best intimiteit kunnen ervaren zolang het maar niet seksueel getint is. Intimiteit in de breedste zin van het woord is een thema dat we hier samen met de partner gaan onderzoeken.
Je hebt vele vormen van intimiteit, zoals emotionele intimiteit (zoals alle gevoelens delen), sociale intimiteit (samen dingen doen), lichamelijke intimiteit (knuffelen, strelen zonder seksuele handelingen),
intellectuele intimiteit (het delen van idealen, gedachten en opvattingen), spirituele intimiteit enz.
Kijk samen met je partner welke vormen van intimiteit belangrijk zijn en wat je wel bij elkaar kunt vinden.
Iemand die aseksueel is, kan niet zeggen dat hij/ zij geen intieme relatie kan hebben want dat kan dus zeker wel. Ze kunnen wel seks hebben maar beleven daar helemaal niks bij.
Degene die aseksueel is, kan kijken wat eventueel wel op seksueel gebied kan, ook al beleef je daar zelf weinig aan. Het moet alleen niet over je eigen grenzen gaan.