Voor de grote vakantie maakte mijn oudste zoon kennis met zijn mentor en zijn nieuwe klas,
de eerste klas op de middelbare school.
De mentor zei op een gegeven moment met een strak gezicht op strenge toon: ‘als ik je niet wil zien’ en ze wees naar een jongen, ‘dan vertrek je!’ en ze wees resoluut naar de deur.
Los van de inhoud, was de toon en het gebaar genoeg voor mijn zoon om zijn mentor met afkeer te bekijken.
Communicatiestijlen
Naast de ‘controllerstijl’ van mentor één en de ‘promotorstijl’ van mentor twee, zijn er nog twee communicatiestijlen (en een heleboel mengvormen). Iemand die een voorkeur heeft voor de supporterstijl, spreekt meestal wat zachter, wel met veel intonatie, met kleine gebaren en vindt het belangrijk dat mensen zich op hun gemak voelen. Dan zijn er ook nog mensen met een voorkeur voor de analyserstijl. Zij praten ook wat zachter, maar monotoon en meer over feiten, details en ze volgen de regels. Terwijl mensen met promotorstijl regels en afspraken vaak niet zo nauw nemen.
Interactie
Wat betekenen die stijlen voor de interactie tussen mensen? Iemand met een uitgesproken controllerstijl kan botsen met iemand met een uitgesproken promotorstijl. De çontroler vindt de promotor overdreven, onbetrouwbaar, een hoop gebakken lucht en wil hem vastpinnen op afspraken en resultaten. De promotor vindt de controller kil, een robot, eisend en wacht op het moment dat hij de controller kan ‘terugpakken’. Iemand met supporter stijl voelt zich al snel in het nauw gedreven door de zakelijke controller, voelt zich klein en onbeduidend, terwijl de supporter het meestal goed kan vinden met de vlot babbelende promotor.
De analyser komt de controller graag tegemoet in de feiten en cijfers, maar wil meer details en meer tijd, wil de zaak tot in de puntjes uitzoeken, waar de controller meer naar hoofdlijnen kijkt. Het prototype controller kan erg dominant en ongeduldig reageren op mensen die de analyserstijl hanteren.
Het 'klikken' met
Een voor de hand liggende conclusie als zulke problemen zich voordoen is dat ‘het niet klikt’. De samenwerking loopt moeizaam, of leren lukt niet. Ik had vroeger een docent Engels waarmee ‘het niet klikte’. Hoewel ik ontzettend graag Engels wilde leren, lukte dat niet. De energie van de docent was zeer dominant. Wie iets fout deed werd bot gecorrigeerd. Ik voelde me dom en kroop in mijn schulp. Tot dat ik twee jaar later een docent kreeg met een communicatiestijl die beter bij de mijne paste. Zij deed zachter, vriendelijker, behulpzamer.
Toen schoot mijn cijfer omhoog van een 4 naar een 9.
Je zou nu de conclusie kunnen trekken dat de ene communicatiestijl beter is dan de ander. Dat is niet waar. Iedere stijl heeft zijn voor en nadelen.
4 Stijlen
De promotor maakt mensen enthousiast, brengt ze bij elkaar, heeft voor ieder probleem 100 oplossingen. Nadeel is dat al die ideeën en al dat enthousiasme alle kanten opgaan en dat de promotor daarom weinig focus heeft en dingen waar hij aan begint lang niet altijd afmaakt.
De controller heeft juist veel focus, heeft visie, heeft een strakke planning, krijgt zaken voor elkaar en is iemand van zijn woord. Door de focus op resultaten, heeft hij minder aandacht voor de mens en emoties en kan hij kil en zakelijk overkomen en zo steun voor zijn plannen verliezen.
De supporter heeft juist heel veel aandacht voor mensen en emoties, is zorgzaam, zorgvuldig en trouw.
Nadeel is dat het voor veel supporters moeilijk is om feedback te geven, want daardoor zou de ander zich gekwetst kunnen voelen en zo kan een vervelende situatie voortduren.
De analyser is heel goed in het doen van research, werkt zeer nauwgezet. Geef hem een klus en hij onderzoekt alle ins en outs uit, bedenkt verschillende scenario’s met al hun voor en nadelen en rapporteert alles terug met een conclusie en een goed onderbouwd advies. Nadeel is dat de analyser pas terugkoppelt als zijn werk compleet is, gedetailleerd, foutloos en dat kost tijd. Het is niet altijd nodig om zaken zo grondig aan te pakken, maar daar denkt de analyser anders over.
Optimale samenwerking
Denk je eens in hoe geweldig krachtig een team zou zijn waarin alle stijlen vertegenwoordigd zijn en optimaal samenwerken! De controllers zorgen voor het proces, de promotors zorgen voor enthousiasme en ideeën,
de supporters zorgen dat ieder teamlid zich op zijn gemak voelt en dus optimaal presteert en de analysers zorgen dat alle informatie beschikbaar is, dat er niets over het hoofd gezien wordt, dat alles is afgedekt.
Stel je eens voor hoe succesvol een leerkracht zou zijn als hij iedere leerling, ongeacht zijn communicatiestijl, even goed zou kunnen begeleiden. De branieschopper net zo goed als de koele leider, het afwachtende kind en de nerd. Stel je voor hoe iedere moeder (en vader) een goede relatie met haar (zijn) kind zou hebben, tot hem kan doordringen, met hem kan praten over de zaken die er echt toe doen, omdat hij de taal van zijn kind spreekt.
Hoe zou dat kunnen? De communicatiestijlen zijn inderdaad als talen. Zolang ik en mijn gesprekspartner beiden Nederlands spreken, begrijpen we elkaar. Maar word ik op straat in het Engels aangesproken door een toerist, dan begrijpt hij me niet als ik Nederlands blijf praten. Ik kies ervoor om me aan te passen, ik spreek Engels, zodat de ander mij begrijpt.
Indien je communicatiestijlen geleerd hebt, kun je de stijl, de taal, van de ander herkennen en kun je ervoor kiezen om je stijl aan te passen, zoals ik mijn taal aanpas aan de Engelse toerist. Als je de stijlen kent, kun je begrip opbrengen voor de verschillen in sociale communicatie en gedragsstijl en deze overbruggen. Ik pleit voor nationaal stijlen onderwijs.
Wat vind jij van dit artikel? Vind je dat geklets over communicatiestijlen maar onzin? Of zou kennis over stijlen jouw leven en werkplek een stukje mooier maken? Ik nodig je van harte uit om te reageren in het commentaarveld hieronder of rechtstreeks naar MLCoaching@ziggo.nl.