Terschelling, hotel op de duinen. Alweer.
De zon schijnt, het strand lonkt, de zee is kalm. Anderen gaan wel. Ik kijk. Ik denk en overweeg.
Als ik ga, kan ik inspiratie opdoen voor die ene alinea die net niet lekker loopt.
Of voor die sleutelscène die nog wat extra diepgang nodig heeft. Ik ga niet. Op dat moment.
Bewust volautomatisch - Hoofdstuk 22
Dat was vorige week, een schrijfretraite op Terschelling, met andere schrijvers. Ik weet dat een strandloopje mij goed doet en de nodige inspiratie op zal leveren (tenminste, dat doet het meestal), maar het voelt als weglopen, als tijdverspilling.
Het is ook de keus tussen goed en snel of beter: tussen het streven naar perfectie en het denken dat je tempo maakt, tussen het ‘gaan voor het hoogst haalbare’ en het ‘niet langer durven zeggen dat mijn boek nog steeds of nog lang niet klaar is’. Dat ook vooral.
Ongeduldige toekomst
Eerdere schrijfweken was ik me daar niet zo sterk van bewust, van die keus tussen kwaliteit en tempo.
Vooraf maakte ik altijd een planning: hoeveel kan ik doen in één week? Of in een midweek?
Nee, ik kan nooit in vijf dagen tijd en al helemaal niet in vier (rekening houdend met reistijd en op de terugweg nog twee te geven workshops), mijn hele manuscript doorwerken.
Het waren planningen die ik overigens nooit haalde, geen enkele keer. Omdat ik (te) lang bleef steken bij die ene pagina, die ene alinea of erger nog, die ene zin die nog mooier kon.
Uren was ik ermee bezig, van de laptop over naar pen en papier want dat stimuleert beide hersenhelften en dus de creativiteit, weer terug naar de laptop, net zolang tot ik tevreden was. Me niet meer bekommerend om tempo en ongeduldige toekomstige lezers.
Stap twee
Zolang ik me niet bewust ben van het feit dat datgene wat ik roep niet in overeenstemming is met dat wat ik doe, zal het nooit anders gaan. Gelukkig heb ik dat stadium nu bereikt, ik zie dat ik niet doe wat ik zeg. Stap één is gezet.
Op naar stap twee: een bewuste keus maken op het moment dat dit dilemma zich weer voordoet. Ik zou namelijk dan kunnen besluiten sneller tevreden te zijn. En ik zou kunnen kijken of ik in het vervolg zo’n keuze bewust volautomatisch kan maken. Zou kunnen. Inderdaad. Zou.